Twee rebreatherduikers die scooters gebruikten, stierven eerder dit jaar tijdens een nachtduik, nadat ze zich blijkbaar te dicht bij een Belgische hydro-elektrische dam hadden gewaagd.
Christophe Gauder en Frédéric Pochet, beiden uit Luik, verdwenen op 4 januari in het stuwmeer van Plate Taille nabij de zuidelijke stad Froidchapelle in Henegouwen.
Lees ook: Recordboete voor bedrijf dat tiener alleen achterliet bij eerste duik
De zoon van een van de mannen, bezorgd dat hij geen contact had gehad en zijn auto nog steeds op de parkeerplaats van het meer aantrof, sloeg alarm. Het duikteam van de Belgische Civiele Bescherming, met behulp van 10 professionele duikers en sonarapparatuur, begon de volgende dag met de zoektocht.
Gauder, 46, die alleenstaand was en in het bankwezen werkte, werd door collega-duikclubleden beschreven als een ervaren duiker. Pochet, 59, was niet aangesloten bij dezelfde clubs, maar zou ook ervaren zijn.
Het 350 hectare grote meer, een duik- en zeilattractie, maakt deel uit van de Eau d'Heure complex van vijf stuwmeren die het grootste merengebied van België vormen.
Het omvat de Plate Taille-dam, gebouwd in de jaren zeventig en met een lengte van 1970 meter de grootste van het land, uitgerust met een waterkrachtcentrale met pompaccumulatie.
Er werd in het meer gedoken terwijl de damturbines in werking waren, maar duikers bleven meestal op een diepte van 20 meter, waarbij de turbines beneden duidelijk hoorbaar waren. Die nacht waren twee van de drie in bedrijf geweest.
De bovenkant van de toegangstunnel naar de turbines ligt 50 meter diep en reikt tot 70 meter. Gauder en Pochet hadden besloten om rond 5 uur met DPV's op de locatie te gaan duiken, terwijl het duikcentrum ter plaatse gesloten was.
Het zoekteam vond de uitrusting van de duikers, inclusief hun rebreathers en DPV's, in gefragmenteerde staat, maar de stoffelijke resten van de mannen werden pas de volgende dag gevonden, stroomafwaarts van de dam.
Benoit Michel, die het duikcentrum aan het meer runt, verklaarde dat de mannen zich ver van de twee geautoriseerde duikgebieden moeten hebben gewaagd en te dicht bij de ingang van de inham. Op dat moment zouden ze door de krachtige stroom zijn aangetrokken.
Een autopsie die de volgende dag werd uitgevoerd, bevestigde dat de gevonden lichaamsdelen die van de twee duikers waren. “Ze zouden zijn opgevangen door de enorme turbine die in de waterloop aanwezig was”, aldus het parket van Charleroi.
Ook op Divernet: Verken de verborgen onderwaterwereld van de Belgische Denée-mijn, Duik in de mysteries van Felicitas Mine & Rhisnes Quarry, Eenmalige duikmijnbouw in het leisteenmuseum
vloek